Diploma C

Standaard examenprogramma Zwemdiploma C

Kledingeisen onderdelen C1.1 t/m C1.6: zwemkleding, lange broek (mag niet naadloos op de huis aansluiten), shirt lange mouwen, jas lange mouwen, schoenen (geen surfschoenen).
Kledingeisen onderdelen C1.7 t/m C1.8: zwemkleding, lange broek (mag niet naadloos op de huid aansluiten), shirt lange mouwen, schoenen (geen surfschoenen).
Kledingeisen onderdelen C2 t/m C5: zwemkleding.

C1 proef Survival

1.1          Te water gaan met een rol voorover, aansluitend
1.2          15 seconden watertrappen, gevolgd door
1.3          30 seconden verticaal blijven drijven met gebruik van een drijvend
               voorwerp, gevolgd door
1.4          5 meter voortbewegen op de rug met gebruik van armen.

1.5          Te water gaan met een sprong waarbij het hoofd boven water
               blijft, aansluitend
1.6          100 meter zwemmen, onderbroken door 1 keer onder een drijvend
               voorwerp door  zwemmen en 1 keer over een drijvend voorwerp
               heen klimmen, proef afronden met zelfstandig uit het water op de
               kant klimmen.

1.7          Te water gaan met een sprong naar keuze, enkele slagen
               zwemmen, aansluitend
1.8          1 meter voor een verticaal in het water hangend zeil onder water
               gaan en onder water zwemmen door het gat in het zeil.

C2 proef Onder water oriëntatie

2.1          Van de kant duiken, gevolgd door (zonder boven te komen)
               onder water zwemmen door een gat in een verticaal in het water
               hangend zeil dat zich op 6  meter van de (start-)kant bevindt,
               proef afronden met naar de oppervlakte zwemmen,
               oriënteren en bovenkomen in een soort wak.

C3 proef Conditiezwemmen

3.1          75 meter schoolslag, onderbroken door 1 keer hoofdwaarts
               richting bodem gaan, gevolgd door
3.2          75 meter enkelvoudige rugslag.

C4 proef Borst- en rugcrawl

4.1          15 meter borstcrawl.

4.2          15 meter rugcrawl.

C5 proef Boven water oriënteren en verplaatsen

5.1          Van de kant te water gaan met een sprong naar keuze,
               aansluitend 30 seconden watertrappen met gebruik van armen en
               benen met verplaatsen in meerdere richtingen, gevolgd door
5.2          15 seconden drijven op de rug, proef afronden met
5.3          30 seconden watertrappen met de benen.

Kalender
Geen kalenderitems gevonden
Terug naar boven